Pannenkoeken met knipoog naar vroeger
Je hebt pannenkoeken en pannenkoeken. De Heamiel Pankoek van Akke de Jong uit Heeg is niet zomaar een pannenkoek, maar gemaakt van ingrediënten van het eigen bedrijf en uit de eigen streek. Daarom dragen ze het streekkeurmerk ‘De Marren’.
Akke begon in juni 2015 met de verkoop van de pannenkoeken. Aanleiding was het project ‘De zuivel terug naar Heeg’ dat weer onderdeel was van het project Dorpslandbouw Zuidwest Fryslân. ‘Uit een enquête bleek dat 90 procent van de Hegemers streekproducten missen in hun dorp. Ook de toeristen willen graag producten uit de streek kopen’, vertelt Akke, die samen met haar man Haye Ketelaar een melkveebedrijf met 120 koeien heeft.
Ze ging niet over één nacht ijs en deed eerst uitgebreid onderzoek, onder meer naar de ingrediënten die ze wilde gebruiken. De melk en eieren komen van het eigen bedrijf, maar voor het meel moest ze ‘van het erf’ en kwam ze terecht bij molen ’t Lam in Woudsend. Hier worden verschillende graansoorten uit de regio gemalen tot meel. Ze vroeg topkok Albert Kooy van Stenden University in Leeuwarden – groot pleitbezorger van koken met streekproducten – om een recept te maken en hield zelf ook proeverijen onder kinderen in de buurt. Het resultaat is een pannenkoek van 100 procent tarwemeel.
De naam ‘Heamiel Pankoek’ slaat op de feestmaaltijd die vroeger op de boerderij werd gegeten als het hooi van het land was. ‘Eigenlijk zou ik naar oud gebruik ook boekweitmeel moeten gebruiken, maar dat wordt hier niet meer in de regio verbouwd. En als je een streekproduct maakt, moet je ook ingrediënten uit de streek gebruiken’, vindt Akke.
Het typeert haar idealisme om voor een streekproduct te kiezen. ‘Er ligt van alles in de winkel en er staat van alles op de verpakking, maar met een streekproduct ga je echt terug naar de basis. ‘Ambachtelijk gebakken’ en ‘volgens grootmoeders recept’ zijn vaak alleen maar loze kreten op een verpakking. Met het keurmerk ‘De Marren’ laat je zien dat je een erkend streekproduct levert. Ik zie het keurmerk als een toegevoegde waarde en als teken dat je staat voor kwaliteit.’
Ze heeft er bewust voor gekozen om alleen via de plaatselijke supermarkt te verkopen. Andere verkooppunten, zoals de markt, kosten haar teveel tijd. Haar pannenkoeken zijn te koop in de Coöp supermarkt in Heeg en liggen naast de vacuüm verpakte pannenkoeken van andere leveranciers. ‘Mijn pannenkoeken zijn duurder, maar het smaakverschil moet de doorslag geven. Mijn pannenkoeken zijn voedzamer en smaken nog zoals pannenkoeken vroeger ook smaakten. Ik kan ze wel net zo goedkoop maken als die fabriekspannenkoeken, maar wil wel een eerlijke prijs verdienen.’
Na bijna een jaar is duidelijk dat Heeg haar pannenkoeken waardeert, net als de recreanten en toeristen die het dorp bezoeken. ‘Mijn pannenkoeken gaan nu het hele land door’, lacht ze. Het bakken en vacuüm verpakken doet ze niet meer in haar eigen keuken thuis, maar in de professionele keuken van de kinderboerderij in Sneek. Daar zijn de pannenkoeken onderdeel van de menukaart en zit ze dicht op een belangrijke doelgroep: kinderen. De rest van de pannenkoeken vinden hun weg naar de winkelschappen van de Coöp in Heeg.